Wet DBA en Wet VBAR: Strengere regels en hoge boetes voor schijnzelfstandigheid
De wijzigingen in de wetgeving voor zelfstandige professionals, waaronder de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) en de aankomende Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (VBAR), hebben belangrijke gevolgen voor uitzendbureaus. Deze wetten zijn bedoeld om schijnzelfstandigheid tegen te gaan en om de status van zelfstandige professionals duidelijker te definiëren, zodat misbruik wordt voorkomen.
Effecten van de Wet DBA en Wet VBAR
De Wet DBA, die sinds mei 2016 van kracht is, richt zich op het voorkomen van schijnzelfstandigheid door duidelijke criteria te stellen voor echte zelfstandigheid. Autoriteiten zullen malafide professionals die zich als zelfstandige voordoen maar in werkelijkheid als werknemer functioneren, nu strenger controleren en kunnen hen sancties opleggen. De Wet VBAR, die in voorbereiding is, zal de controle verder aanscherpen door een bruto-uurloon van 33 euro in te voeren. Dit geeft zelfstandigen met lagere tarieven makkelijker toegang tot werknemersrechten en maakt het minder aantrekkelijk om lage tarieven te hanteren zonder de bijbehorende rechten. Dit kan leiden tot extra administratieve en juridische complicaties voor zelfstandigen met kortlopende contracten. Zo wil men o.a. schijnzelfstandigheid en vormen van misbruik voorkomen.
Wat is schijnzelfstandigheid?
Schijnzelfstandigheid ontstaat wanneer iemand officieel als zelfstandige is geregistreerd, maar feitelijk werkt onder omstandigheden die meer op een werknemer lijken. Dit betekent dat de zelfstandige onder gezag van een opdrachtgever werkt, met vaste werkuren en exclusiviteit, zonder de risico’s en verantwoordelijkheden die bij ondernemerschap komen kijken. Deze situatie kan ontstaan door onduidelijke grenzen tussen zelfstandigheid en werknemerschap of door misverstanden over de aard van de werkrelatie.
Het verschil met malafide zelfstandige professionals
Hoewel schijnzelfstandigheid en malafide zelfstandige professionals beide te maken hebben met een verschil tussen formele zelfstandigheid en de werkelijke situatie, is het verschil vooral te vinden in de intentie. Schijnzelfstandigheid betreft een werkrelatie die feitelijk overeenkomt met een arbeidsovereenkomst, terwijl malafide zelfstandige professionals opzettelijk hun zelfstandige status misbruiken om belastingvoordelen te behalen of wettelijke verplichtingen te vermijden. Bij schijnzelfstandigheid is de verwarring vaak onopzettelijk, terwijl malafide zelfstandige professionals doelbewust proberen te profiteren van de zelfstandige status zonder de bijbehorende verantwoordelijkheden.
Hoe nu verder?
De uitzend- en detacheringsbranche moeten zorgvuldig de status van zelfstandige professionals beoordelen om schijnzelfstandigheid te voorkomen. Dit houdt in dat zij arbeidsrelaties grondig moeten evalueren en mogelijk extra documentatie moeten verzamelen om te voldoen aan de wettelijke eisen. Door goed op de hoogte te blijven van de wetgeving en proactief te handelen, kunnen zij de belangen van flexwerkers beschermen en de operationele efficiëntie van hun organisatie waarborgen.
De nieuwe wetgeving heeft aanzienlijke gevolgen uitzendbureaus. Strengere regels en controles maken het moeilijker voor malafide zelfstandigen om onterecht gebruik te maken van hun status. Intercedenten en uitzendbureaus moeten zich goed voorbereiden op deze veranderingen door arbeidsrelaties zorgvuldig te evalueren en te documenteren. Daarnaast kunnen veel zelfstandigen onder de nieuwe wetgeving terugkeren naar arbeidsrelaties, wanneer zij als “schijnzelfstandige” worden aangeduid. Dat is een mooie commerciële kans.
Mocht het beheer van deze complexe wetgeving en de bijbehorende administratieve taken te uitdagend worden, kan het inschakelen van een backoffice-ondersteuner een waardevolle oplossing zijn. Deze zijn namelijk altijd op de hoogte van de laatste juridische en wettelijke veranderingen en kunnen helpen bij het naleven van de nieuwe regels.